Bijna de helft van de Nederlandse kinderen beweegt te weinig
Overgewicht wordt een steeds groter probleem in ons land. Niet alleen volwassenen, maar ook kinderen zijn steeds vaker te zwaar.
Een belangrijke oorzaak hiervoor is dat men onvoldoende beweegt. Uit onderzoek blijkt dat voor bijna de helft van de Nederlandse kinderen geldt dat ze onvoldoende in beweging zijn. Natuurlijk zitten ze een groot deel van de dag op school, maar waar ze vroeger na schooltijd buiten speelden, kiezen ze er nu vaker voor om met een spelcomputer op de bank te ploffen.
Gevolgen van onvoldoende bewegen
Wanneer kinderen niet voldoende bewegen, blijven hun motorische vaardigheden achter bij die van leeftijdsgenoten die wel voldoende beweging krijgen. Ook zullen ze in de regel snel te zwaar worden, waardoor de kans op allerlei aandoeningen stijgt. Mensen met overgewicht hebben vaak een minder goede weerstand, waardoor ze meer vatbaar zijn voor ziekten. Daarnaast is er ook een psychosociaal effect. Kinderen met overgewicht worden vaker gepest en buitengesloten. Het gevolg daarvan is dat ze zich onzeker gaan voelen en een minderwaardigheidscomplex kunnen ontwikkelen. Een negatief zelfbeeld en sociale isolatie kunnen uiteindelijk leiden tot depressie.
Hoeveel moet een kind bewegen?
De beweegrichtlijn van de Gezondheidsraad geeft aan hoeveel een kind moet bewegen om gezond te blijven. De basisregel is: hoe meer beweging, hoe beter het is. Elke dag een uur matig intensieve inspanning, zoals fietsen, wandelen of zwemmen, is het minimum. Langer, vaker en intensiever bewegen is uiteraard gezonder. Het advies luidt daarom om tenminste drie maal per week spier- en botversterkende activiteiten te verrichten, zoals springen, dansen of krachtoefeningen. Voor kinderen onder de vier jaar geldt het advies om ze tenminste drie uur per dag te laten bewegen, door ze bijvoorbeeld over de grond te laten kruipen, te laten rennen, enzovoort. Ook hier geldt: hoe meer beweging, hoe beter het is.
Bewegen op school
Vanaf 2023 moeten alle basisscholen iedere week twee uur gymles door een bevoegde leerkracht aanbieden. Scholen en kinderopvanglocaties die meedoen aan de programma’s Gezonde School en Gezonder Kinderopvang kunnen een beweegvignet krijgen door kinderen meer te laten bewegen. Voorbeelden hiervan zijn het aanbieden van bewegingsgerichte activiteiten en het inrichten van uitdagende speelplekken waar bewegen vanzelfsprekend is.
Augmented Reality
Ontwikkelaars van computerspellen kunnen ook een prima bijdrage leveren aan het motiveren van kinderen om meer te bewegen. Dankzij de techniek Augmented Reality is het mogelijk om de realiteit en een virtuele omgeving met elkaar te mixen. Op basis van deze revolutionaire ontwikkeling kunnen voor kinderen nieuwe games gemaakt worden, waarbij ze daadwerkelijk in beweging moeten komen. We zagen eerder al hoe veel mensen eropuit trokken om Pokémon te gaan zoeken. Mensen kwamen daadwerkelijk van die luie bank af en brachten zichzelf in beweging. Er is dus zeker nog hoop!