Online therapie stijgt explosief

Online therapie stijgt explosief Nederlanders maken steeds vaker gebruik van de mogelijkheid om via het internet een therapie te volgen tegen depressiviteit, angststoornissen of stemmingswisselingen. Het aantal cliënten steeg in 2015 tot zeker 285.

000, een stijging van meer dan 42 procent. Dat blijkt uit cijfers van Minddistrict uit Amsterdam en IPPZ uit Utrecht. Zij zijn de twee grootste aanbieders van dergelijke vormen van therapie in Nederland. Niet meer voor elk consult naar de behandelaar, maar een online consult, bijvoorbeeld via Skype. De zogenoemde E-health is aan een flinke opmars bezig, maar zorgt ook voor onrust. Sceptici menen dat er gevaren kleven aan deze explosieve groei van het aantal online therapieën. Heleen Riper, hoogleraar eMental Health aan de VU in Amsterdam, waarschuwt ervoor dat we nog niet voldoende weten over de effecten van deze behandelmethoden. Intussen breiden de aanbieders van online therapie hun teams uit om de vraag aan te kunnen. Cliënten kunnen thuis achter hun computer of zelfs via hun mobiele telefoon een consult volgen. Het mes lijkt daarbij te snijden aan twee klanten, want de cliënt voelt zich vaak in de eigen omgeving meer op zijn gemak, terwijl de behandelaar in staat is om de tijd efficiënter in te delen en daardoor meer cliënten te kunnen behandelen. Een online therapie is bovendien goedkoper en kan de druk op instellingen in de geestelijke gezondheidszorg verlichten. Vorig jaar werd al onderzoek gedaan naar de effectiviteit van de online behandelingen. Onderzoekers van de Universiteit Twente trokken toen de conclusie dat met name cliënten bij wie sprake is van een lichte of matige depressiviteit goed reageerden op de therapie die ze online werd aangeboden. Door de nadruk te leggen op het vergroten van het zelfvertrouwen en het stimuleren van de persoonlijke ontwikkeling, bleken de hulpverleners via de therapie goede resultaten te behalen. Heleen Riper concludeerde toen al dat online therapie net zo goed lijkt te werken als een face-to-face consult met de hulpverlener. Ze pleitte er destijds wel voor om andere wegen in te slaan in het onderzoek naar E-health. Lees op http://www.vu.nl/nl/nieuws-agenda/agenda/2015/jul-sep/03sep_profdr-mm-riper.asp?utm_source=vu_persberichten_extern&utm_medium=e-mail&utm_term=&utm_content=&utm_campaign=wzineeditie262015#accept het complete persbericht over haar onderzoek.

Wij waarderen je privacy.

Wij gebruiken cookies voor analyse, de mogelijkheid tot berichten te delen op social media en om advertenties te tonen. Door op Akkoord te klikken en verder te gaan stem je in met ons privacybeleid en kan je gebruik maken van deze functionaliteit.